Alpha

Geschreven door Quian


    Gratis beschikbaar gesteld door auteur



  • Samenvatting

    Een roman tegen de achtergrond van het scheppingsverhaal zoals dat geschreven zou zijn met de kennis van nu.

    Een viertal wetenschappers komt naar de aarde om te onderzoeken of een soort 'herstart' van de menselijke beschaving mogelijk is via een paar mensen die door omstandigheden hun geheugen volledig en onherstelbaar kwijt zijn, maar die verder normaal kunnen functioneren. Hun hoop is, dat een nieuwe mensheid de aarde op een verantwoorde manier gaat bevolken. Alle verrichtingen van Aem en Efra worden zorgvuldig gevolgd door de wetenschappers, waarvan er slecht één daadwerkelijk enig contact heeft met de nieuwe oervader en oermoeder. Hij leert hen, te overleven door ze voorzichtig wat basisvaardigheden bij te brengen. Het lijkt goed te gaan: Aem en Efra leven vreedzaam in een grot, in harmonie met de natuur om hen heen, waarin ze voldoende voedsel vinden. Ze mogen daarbij, zoals in het bekende scheppingsverhaal, alles plukken, behalve de vruchten van een paar - wetenschappelijk belangrijke - bomen. Dat laatste gaat mis en de al langer bestaande irritaties tussen de wetenschappers nemen mede daardoor toe, waardoor het experiment dreigt te mislukken.

     

    Werkelijkheid of fictie? De scheidslijn is vaag. De waarheid is wat je gelooft.

     

    Van dezelfde schrijver:   Omega - Missie mensheid

  • Inhoudsopgave

  • Fragment

     

     1

    Langzaam ontwaakt de vrouw uit haar verdoving. Haar hand gaat van haar buik naar haar hoofd. Ze voelt zich beroerd. Haar maag is overstuur en haar hoofd voelt leeg. Helemaal leeg. Traag drukt ze zich omhoog en kijkt om zich heen. Wat ze in het schemerdonker ziet kan ze niet thuisbrengen, ze kan de beelden geen plaats geven. Het is net of ergens in haar hoofd iets hangt zonder dat ze er bij kan komen. Alsof ze wakker wordt na een droom die ze zich niet kan herinneren. Ze weet dat hij er was en ze weet hoe het voelde en toch willen de beelden niet terugkomen; de herinnering is weggevaagd.
    Wat ze nu om zich heen ziet klopt niet. Het staat haaks op de losse flarden die door haar hoofd schieten als herinneringen aan dingen die ze nooit heeft gezien. Het klopt gewoon niet met wat er zich in haar hoofd afspeelt. Maar wat speelt zich eigenlijk in haar hoofd af? Ze weet het niet, ze kan niet denken. Niet in staat om ook maar iets op zijn plaats te krijgen laat ze zich terugzakken op het bed van varens. Ze sluit haar ogen.

    Uren later kijkt ze opnieuw om zich heen. Ze voelt zich nu beter, uitgerust, maar niet helder. Het misselijke gevoel is verdwenen, maar nog steeds is er niets dat ook maar een vage herinnering oproept, en nog steeds is er dat rare lege gevoel in haar hoofd. In het schemerdonker ziet ze alleen maar ruwe rotswanden. Ze draait zich om en ziet de man die naast haar ligt. Hij slaapt. Hij heeft een verband om zijn borst, maar verder is hij naakt, net als zij. Ze kent de man niet, maar toch is er iets vertrouwds. Op de één of andere manier geeft het haar een beetje houvast.
    Ze gaat op haar knieën zitten en kijkt nog eens om zich heen. Een bed van geurende varens, een slapende man en niets van herkenning. Vreemd zonder het vreemd te vinden. Ze staat op en wat wankel loopt ze in de richting van het licht dat door een opening in de grot naar binnen schijnt. Even moet ze aan het heldere licht wennen, dan stapt ze naar buiten, en weg zijn de verwarde gedachten aan wat achter haar ligt. Voor haar strekt zich een prachtige groene vallei uit. Oneindige rust is wat ze voelt als ze om zich heen kijkt. Nog steeds is er geen herkenning, maar tegelijk weet ze dat dit het mooiste landschap is dat ze ooit gezien heeft. Haar ogen dwalen naar de steile rotswanden in de verte die de groene vallei omzomen als een muur waardoor het kwaad niet naar binnen kan. Het is een gevoel dat ze niet kan thuisbrengen, maar dat haar wel op haar gemak stelt.
    Beneden haar, niet ver van waar ze nu staat, stroomt een riviertje. Het zand van de oever komt tot bijna bij de grot en als vanzelf loopt ze naar het water. Het zand onder haar voeten, de zon op haar huid en het water met de grote, gladde stenen brengen rust in haar hoofd. Voor het eerst is er iets dat haar hersenen als bekend registreren. Niet dat ze zich kan herinneren dat ze deze plaats of deze rivier ooit eerder gezien heeft, maar het voelt toch vertrouwd.
    Met haar voeten in het water gaat de vrouw op een steen zitten. Ze staart in de verte en een diepe zucht ontsnapt van haar lippen.


    2

    ‘Kijk, ze zit daar nu al een eeuwigheid onbeweeglijk op die rots.’
    Yahfa draaide zich om naar Soumaya, die hem op de afgesproken tijd kwam aflossen. Hier, bovenop de heuvel hadden ze een vrij uitzicht op de rivier en op de grot die ze nu al een paar dagen in de gaten hielden. Hij wees naar de vrouw die daar op een steen in de rivier zat en naar iets leek te kijken dat rechts achter hem lag. Hij had al een paar keer achterom gekeken, maar hij kon daar niets bijzonders ontdekken. Hij was tot de conclusie gekomen dat ze in het niets staarde en hij vroeg zich af of dat eigenlijk ook niet de meest voor de hand liggende reactie was van de vrouw. Hoe zou ze zich voelen? Hoe was het om wakker te worden in een omgeving die je niet kent? Om je ook niet meer te kunnen herinneren hoe een bekende omgeving er uit zou moeten zien?
    ‘Missie geslaagd dus. Maar waarom heb je ons niet gewaarschuwd?’
    ‘Waarom zou ik? Er gebeurt immers nog niets bijzonders. En ik heb de man ook nog niet gezien, dus of onze missie echt geslaagd is staat nog te bezien. Maar ik zal de anderen wel even gaan vertellen wat er gebeurd is. Hou jij Efra verder in de gaten?’
    ‘Efra?’
    ‘Nu ze wakker is kan ik haar toch moeilijk object FRA2 blijven noemen. Efra vind ik op de één of andere manier wel aardig klinken voor een oermoeder en die twee hebben we immers niet meer nodig nu er nog maar eentje over is.’
    ‘Ach ja, waarom niet? Maar voor een oermoeder heb je ook een oervader nodig en die zie ik nog steeds niet.’
    ‘Verbaast me niets. Die hebben we immers voor de zekerheid een extra verdoving gegeven vanwege het zetten van die rib. Dat werkt nu waarschijnlijk een beetje als antigif tegen het spul dat je ze hebt gegeven om uit die ellendig lange coma bij te komen.’
    ‘Zou kunnen. Afwachten maar. Heb je trouwens enig idee hoe ze op de man reageerde? Heb je gezien hoe ze de grot uitkwam?’
    ‘Heel rustig. Bijna alsof alles was zoals het hoorde. Of misschien ook wel niet. Ze kan ook best heel verdwaasd zijn geweest. In ieder geval rende ze niet en was er niets dat op paniek leek.’
    ‘Mooi, dat geeft hoop. Hoe noemen we hém trouwens? Zullen we zijn code ook maar gewoon omzetten in een naam?’
    ‘Dat wordt dan Aem als we het nummer weglaten. Ik zal straks eens vragen wat Filia en Arez ervan denken. Hoe staat het trouwens met hun laatste inspectie?’
    ‘Daar gaat ook alles naar wens. Het ziet ernaar uit dat bijna alle planten aankomen, dus het experimenteren met kruisbestuivingen kan beginnen.’
    ‘Fijn, ik ga nog even bij ze langs voor ik een dutje ga doen. Kijk jij maar hoe het verder gaat met Efra. Als het spannend wordt geef je maar een gil.’
    Na een laatste blik op de roerloze vrouw draaide Yahfa zich om en liep op zijn gemak de heuvel af, in de richting van een paar hutjes. Soumaya nestelde zich in de primitieve stoel die Arez bij zijn laatste wacht gemaakt had door een kussen van varens te maken en wat lianen tussen twee stammen te vlechten. Ze keek naar de vrouw die zich al die tijd niet bewogen had en dacht na over de tijd die ze hier nu waren. Na dat ongeluk en dat onzekere begin leek nu alles op rolletjes te gaan lopen. De eerste verkenningen hier beneden hadden geleerd dat ze ondanks die ellendige steile rotswand in feite op een erg goede plaats terechtgekomen waren. Er was water in overvloed en de rivieren in dit dal en in de verdere omgeving zaten vol met vis, dus voedselgebrek zouden ze niet krijgen. En de bessen en andere vruchten die hier groeiden leken ook goed eetbaar. Van de vruchten die ze voorzichtig geproefd hadden, waren ze in ieder geval niet ziek geworden. Op zijn verkenningstochten had Arez ontdekt dat ze het hier extra getroffen hadden. Buiten het dal was er net als hier een overvloed aan planten en dieren, maar daar waren ook roofdieren. Hoewel geen van die dieren ooit aanstalten gemaakt had om Arez aan te vallen, leek het toch wel verstandig om uit hun buurt te blijven. Hier, in dit vrijwel van de buitenwereld afgesloten dal hadden ze gelukkig nog geen grote rovers ontdekt. Dus hoefden ze alleen de nauwe toegang tot het dal af te schermen om veilig te zijn en konden ze zich concentreren op hun werk. Dit was echt het ideale centrum van hun nieuwe wereld. Hier konden ze in alle rust hun opdracht uitvoeren en zodra er sprake zou zijn van ruimtegebrek was er buiten het dal nog die enorme vruchtbare vlakte tussen de grote rivieren die van boven hun oriëntatie hadden gevormd. Deze groene vlek was hun doel geweest en dat doel hadden ze bereikt. Alleen op een wat andere manier dan de bedoeling was geweest. Soumaya grinnikte in zichzelf. Wat haar betreft was het prima zo. Ze voelde zich hier gelukkig en hoe langer ze hier bleven, hoe liever het haar was.

Copyright © 2006-2024 Pumbo.nl BV    Thuiswinkel Waarborg Thuiswinkel Waarborg

Alle genoemde prijzen zijn inclusief btw tenzij anders vermeld.

Downloaden

U ontvangt de downloadlink van ons nadat u onderstaande gegevens heeft ingevuld.

Verplicht veld
Verplicht veld
Voer een geldig emailadres in
Verplicht veld

×